Waar is de mol?

Woensdag ging ik even naar de tuin om wat terug te brengen naar de schuur daar. In het gras zag ik al van ver grote molshopen. Vorige week had ik ze juist allemaal plat geharkt en nu op ongeveer dezelfde plekken liggen er weer zeker 10. De grootste is zeker 40 cm in doorsnee en ook zo hoog. Op zich vind ik zo’n hoop geen probleem, maar precies op ons looppad van het hek naar schuur is het nu slalommen om de hopen heen. Een mol vangen wil ik niet perse, dus eens even uitzoeken of ik er iets tegen kan doen.

De mol

De mol (Talpa europaea) is een zoogdier in de orde van de insecteneters en brengt de grootste tijd van zijn leven onder de grond door. Hij heeft grote tot graafhanden omgevormde voorpoten waar hij uitstekend mee kan graven. De mol heeft kleine, slecht ontwikkelde ogen, maar hij is niet blind.

Ondergronds

De mol komt overal voor waar de grond geschikt is om in te graven. Voorwaarden zijn dat de bodem niet te zandig, te vochtig of te stenig is en dat er voldoende regenwormen aanwezig zijn. De bodem mag ook niet te zuur zijn. De mol wil verder niet een te hoge grondwaterstand en permanente begroeiing. Hij is zowel overdag als ’s nachts actief. Hij wisselt periodes van activiteit en rust continu af. De mol verblijft vrijwel zijn gehele leven ondergronds. Door zijn speciale rechte haarinplant kan de mol even gemakkelijk voor- als achterwaarts door de gangen bewegen. En ze kunnen goed zwemmen en klimmen.

foto BNN Vara

Molshoop

Mollen jagen ondergronds op regenwormen en andere bodemdiertjes. Aan het begin van de winter vluchten de wormen voor de kou dieper de grond in en de mol graaft er achteraan, een verdiepinkje lager dus. Dieper graven van nieuwe gangen levert grond op die ze kwijt moeten. Wanneer het weer warmer wordt, kruipen de regenwormen weer richting aardoppervlak. De mol gaat er ook dan weer achteraan, graaft nieuwe gangen en werpt dus extra hopen op. De gangen zijn eigenlijk een grote ‘grondbeestjes-val’. De nietsvermoedende prooi kruipt door de grond, komt in de gang terecht en wordt door de continu rondkruipende mol gegrepen.

Alleen

De mol leidt een solitair bestaan. Alleen in de paartijd vormen ze paartjes. De rest van het jaar leeft de mol alleen in zijn gangenstelsel. Dat stelsel verdedigt hij of zij ook flink tegen andere mollen. Daarom heeft het ook weinig zin mollen te bestrijden: als de mol geklemd is, zal er in het algemeen binnen 24 uur een nieuwe mol in zijn gangen zitten. Om het nog erger te maken, willen die nieuwkomers ook nog wel eens het overgenomen gangenstelsel bijwerken; nog meer hopen dus.

Bedreiging en bescherming

Onder de grond heeft de mol geen natuurlijke vijanden, alleen zijn eigen soortgenoten. Boven de grond wordt de mol bejaagd door onder andere uil, buizerd, blauwe reiger, ooievaar, wezel, hermelijn en vos. Andere doodsoorzaken zijn honger door droogte en verdrinking door overstromingen.
De grootste bedreiging van de mol is de mens. Veehouders, agrariërs en gazoneigenaren ervaren de gaten, gangen en molshopen op hun grasvelden als hinderlijk. Daardoor vormen allerlei vallen ook een bedreiging voor de mol. De vervolging van mollen door mensen heeft echter zelden een langdurig positief effect. Wanneer in voedselrijke bodems leefgebieden vrijkomen, worden deze namelijk weer door andere dieren gekoloniseerd.

Bestrijding

Wat ik er over lees is dat voornamelijk door het zetten van klemmen. Een buurman op onze tuin ving er zo al een flink aantal.Zo heb ik de mollen van dichtbij kunnen zien, best mooie beestjes.Knoflook zou helpen, ook carbid. Verder geluidstaven en ijzeren palen met iets eraan wat trillingen verspreid.

Wij hebben nog carbid staan, dat zou ik kunnen proberen maar de vraag is, waarheen hij zich verplaatst. Naar de andere kant van de tuin met gevolg nog meer hopen of komt hij terug zodra de carbid uitgewerkt is?

Voorlopig hark ik ze maar weer even plat. Het schijnt trouwens hele vruchtbare grond te zijn die van diep naar boven wordt gewerkt……

Op 11 en 12 februari , aankomend weekend dus, is de nationale mollentelling of meer molshopen telling. Ik ga eens even een rondje tellen in onze tuin…..