Regen en wind,maar toch…….

Afgelopen nacht sliepen we slecht door de gierende wind en regen die op ons slaapkamerraam sloeg. We waren toch weer bij tijds op en besloten ondanks de regen en wind er toch op uit te gaan. Gisteren was eigenlijk beter weer maar toen hadden we andere dingen. Dus gepakt en gezakt met extra warme kleding en eten en drinken reden we weer richting zee.

Ook als je de auto niet uit kunt, blijft water toch altijd mooi.

Via De Grevelingen reden we door Bruinisse en het krekengebied bij Ouwerkerk naar Zierikzee

Ondanks de regen brachten de vissersboten wat kleur aan het grijze geheel.

Langs de zeedijk reden we naar Ouwerkerk. De witte koppen van de golven op de Oosterschelde kun je duidelijk zien op het water. Ik moet zeggen dat ik niet uitgestapt ben, maar met raampje open snel een foto maken en dan weer dicht. Het regende echt heel hard….Gek genoeg zie je dat dan weer niet!

Viane

Ten zuidoosten van Ouwerkerk ontstond het buurtschap Viane. Tot 1840 nog als Vianen geschreven. Het lag aan de Oosterschelde aan de weg rond Viane. In dat jaar telde de buurtschap 11 huizen en bestond het inwonertal uit 80 mensen.

In de Middeleeuwen moet het haventje Viane al zijn ontstaan. Tot in de 19de eeuw was het een belangrijke aanlegplaats voor beurtschippers die vanuit Colijnsplaat, Kats en Stavenisse naar Schouwen voeren. Ook was het de aanlegplaats voor veerdiensten. Een onderhield de verbinding tussen Sint Maartensdijk en Scherpenisse. De andere voer op Stavenisse en vervolgens naar Dordrecht en Rotterdam.

De boeren brachten, lange tijd nog met paard en wagen, hun bieten naar de haven waar ze werden gewogen. Vandaar werden ze per schip voor verwerking afgevoerd naar o.a. Dinteloord.

Gemaal

Iets ten oosten van Ouwerkerk ligt aan de Beijerseweg het oude stoomgemaal Viane, ook wel het Vianegemaal genoemd. Dit gemaal werd in 1878 in de neoclassicistische rondboog stijl gebouwd.

Het werd gebouwd in opdracht van het vroegere waterschap Oosterland en Sirjansland.  Het Vianegemaal had de opdracht de afwatering te verzorgen voor de polders Oosterland en Sirjansland richting Oosterschelde. Het gemaal had een spuibekken dat nog steeds zichtbaar is. In 1957 werd het gemaal buiten gebruik gesteld. Jarenlang verwaarloosde het gebouw hoewel het door de provincie als cultuurhistorisch waardevol object was aangewezen. Het gebouw in het midden van de foto is het gemaal en is inmiddels tot een prachtig woonhuis verbouwd. We reden er langs maar door de hekken om het perceel kon ik er geen goede foto’s van maken.

Onderaan de dijk zagen we deze kleumende schapen, met de kont naar de wind gekeerd helemaal in het hoekje beschutting zoekend achter het riet.

In het krekengebied staat ook het watersnoodmuseum.

De ramp

Het is de nacht van zaterdag 31 januari op zondag 1 februari 1953. Twee dagen na volle maan. Het KNMI spreekt in haar voorspellingen van een noord-noordwesterstorm met een windkracht 11 tot 12 en ‘gevaarlijk hoog water’. De vloed van 05.00 uur is bovendien een springvloed (giertij). Toch denken veel mensen dat het wel mee zal vallen. Ten onrechte.
De eb – om 22.30 uur moet het volgens de watertabellen laag water zijn – blijft uit. Het water zakt niet, maar blijft staan. De harde noord-noordwesterstorm stuwt het water van de Noordzee op in de richting van het Engelse kanaal. Al voordat het vloed is gaat het op veel plaatsen mis. Om 02.00 uur komt het water voor het eerst over de dijken en vloedplank
en.

De dijken breken
Vanaf 03.00 uur beginnen de dijken te breken. Bij Kruiningen, Kortgene en Oude Tonge bezwijken ze het eerste. Bij Stavenisse slaat het water in één keer een gat van 1800 meter. Maar ook in Noord-Brabant, bij Willemstad, Heijningen en Fijnaart blijken de dijken niet bestand tegen het natuurgeweld. Net zomin als in de Zuid-Hollandse Hoeksche Waard, bij ‘s Gravendeel, Strijen en Numansdorp.
De Schielandse Hoge Zeedijk, de dijk tussen Schiedam en Gouda langs de Holland
sche IJssel, houdt het, maar de Groenendijk breekt door. Het zeewater baant zich een weg richting de lager gelegen gebieden van Zuid-Holland. De burgemeester van Nieuwerkerk aan de IJssel beveelt de schipper van De Twee Gebroeders zijn schip in het gat in de dijk te varen. Het plan slaagt. Het schip zet zich vast in het dijkgat.

Watervlakte
Als het zondag 1 februari 1953 ’s morgens licht is, wordt de volle omvang van de ramp zichtbaar. ,,Ik keek uit over een waanzinnig grote watervlakte”, zegt een ooggetuige. Hier en daar zijn nog daken, een boomkruin of een afgebrokkelde dijk te zien. Verder is er alleen maar water.
Aanvankelijk daalt het water, het wordt immers weer eb. Mensen gebruiken dat moment om naar een hoger gelegen plek te vluchten. Individuele reddingsacties komen op gang. Particulieren gaan met bootjes langs de huizen om mensen op te pikken en op veiliger plaatsen af te zetten.
Grootscheepse, van buiten het getroffen gebied opgezette reddingsacties zijn nog niet aan de orde. Simpelweg omdat men in de rest van Nederland nog niet precies weet wat er in zuidwest Nederland gebeurd is. Dat Schouwen-Duiveland, Goeree-Overflakkee en Tholen vrijwel helemaal onder water staan is nog onbekend.
bron: watersnoodmuseum

De herdenking van de watersnoodramp is 5 dagen geleden geweest bij dit monument.Ook deze afgelopen week sloten tijdens de storm verschillende keringen. Maar dat betekent niet dat wij daardoor rustig achterover kunnen leunen. Steeds meer jongere generaties zijn zich er van bewust dat verandering van het klimaat, de zeespiegelstijging, vraagt om constante alertheid, waakzaamheid en actie.

Tussen de kreken vielen deze bomen op door de oranje kleur

Volgend blog het vervolg van deze regen en wind dag..